Home De Oosterschelde, kraamkamer van de Noordzee

De Oosterschelde, kraamkamer van de Noordzee

 

De Oosterschelde, kraamkamer van de Noordzee

door Erik Leisink

 

De Oosterschelde. Voor velen een grijze grauwe watermassa. Echter onder de waterspiegel herbergt de Oosterschelde een rijk onderwaterleven. Op de kunstmatige rotsriffen, oesterriffen en klei- en zandbodems zijn vele sponzen, anemonen, vissen en weekdieren te vinden.

De Oosterschelde is zelfs de kraamkamer van de Noordzee. De hoeveelheid leven in de Oosterschelde ontstaat door de temperatuurswisselingen waardoor steeds andere soorten worden aangetroffen. De zandplaten dragen hieraan bij. In de zomer warmen de zandplaten op die deze warmte bij vloed afgeven aan het water. In de zomer is het wat warmer dan het zonder de zandplaten zou zijn. En in de winter vice versa.

Een van de dieren die naar de Oosterschelde komen om te paren en hun jongen te laten opgroeien is de sepia een van de inktvissoorten in Nederland. Zodra het water in het voorjaar rond de 12 à 14 graden wordt komen de sepia’s naar de Oosterschelde. Volwassen sepia’s zijn circa 30 tot 50 centimeter groot.

 

De sepia’s zijn gearriveerd in de Oosterschelde. Soms laten ze zich in grotere aantallen tegelijk zien. Op de foto zie je er 5 terwijl er nog 5 andere sepia’s net buiten de foto rondzwommen.

 

Na de paring zet het vrouwtje de eieren af. Dat kan aan steen, stukken zeewier, kokerwormen of ander zeeleven. Duikers helpen de sepia’s door tenten van wilgentakken onderwater te plaatsen. De wilgententjes zijn populair bij de sepia’s en geschikt om de eieren af te zetten.

 

 Het vrouwtje zet de druifvormige eieren af aan een wilgentent. De eieren zijn zwart omdat het vrouwtje er inkt over spuit.

 

 Het vrouwtje wordt daarbij goed in de gaten gehouden door het mannetje.

 

Het vrouwtje wordt goed beschermd door het mannetje. Het mannetje houdt andere opdringerige mannetjes weg om te zorgen dat zijn genen worden doorgegeven. Wat dat betreft is het onder water niet anders als boven water.

 

Zodra het vrouwtje de eieren heeft afgezet trekt het mannetje haar met zijn tentakels terug om andere mannetjes ver weg van haar te houden. Op de foto zie je ook een aantal witte eieren….dan is de inkt op.

 

Na de voortplanting sterven de volwassen vrouwtjes. Hun taak zit erop. Met resultaat want een kleine twee maanden later komen de baby sepia’s uit de eieren. Het zijn meteen kleine kopieën van hun ouders.

 

Een jonge sepia van circa  3 centimeter groot zweeft net boven de Oosterschelde bodem.

 

Jonge sepia’s zijn meteen echte rovers. Hier zie je een jonge sepia op een wierblad met een groene Veranderlijke Steurgarnaal in zijn bek. Veranderlijke Steurgarnalen, de naam zegt het al, nemen de kleur aan van hun leefomgeving. In dit geval het groen van het wierblad.

 

Jonge sepia’s leven vooral op de zandbodems. Of beter gezegd in de zandbodems. Daar kunnen ze zich beschermen tegen roofdieren die het op hen gemunt hebben.

 

De jonge sepia’s groeien op in het relatief warme zomerwater van de Oosterschelde. Op een gegeven moment aan het einde van de zomer trekken de jonge sepia’s weg naar het open water van de Noordzee en continentaal plat om verder op te groeien.

 

Een al wat grotere jonge sepia van een kleine 15 centimeter. Nog even en de sepia zal de Oosterschelde verlaten.

 

Het mooie en bijzondere oog van een sepia, een van de opvallende kenmerken.

 

De wilgententjes zijn niet alleen populair bij de sepia’s. Ook zeepaardjes maken graag gebruik van de wilgentakken. Waarschijnlijk door klimaatverandering en het warmer wordende zeewater komen er steeds meer zeepaardjes voor in de Oosterschelde. Ruim 15 jaar geleden was het een dwaalgast en een unieke ontmoeting. Hoewel nog steeds niet massaal voorkomend worden zeepaardjes inmiddels door veel duikers elk jaar gezien op verschillende duiklocaties in de Oosterschelde. Het lijkt erop dat het zeepaardje zich hier ook voortplant.

 

Een zeepaardje bij een wilgentent in de Oosterschelde. De bruine streep achter de kop betreft een wilgentak dat iets verderop staat.

 

Volwassen sepia’s keren voor de voortplanting altijd weer terug naar hun geboortegrond. In ons geval de Oosterschelde. En zo is de cirkel rond. De laatste jaren zien duikers steeds vaker dat sepia’s ook in augustus en begin september nog volop bezig zijn met paren en eieren afzetten. Nog onduidelijk is hoe dat komt. Een mogelijke verklaring die ik op internet vond is dat door de opwarming van het zeewater sepia’s sneller volwassen worden. Ze zijn eerder geslachtsrijp en keren dus ook eerder terug naar de Oosterschelde. Een half jaar eerder, einde zomer in plaats van begin voorjaar. Ook is onduidelijk of de jonge sepia’s dat overleven. Zij groeien immers op in het afkoelende water van het najaar. De toekomst zal het uitwijzen.

 

Begin van het nieuwe voorjaar keren de sepia’s terug naar hun geboortegrond in de Oosterschelde. Er wordt weer gezorgd voor een nieuwe generatie sepia’s.

 

 

Wil jij ook  'jouw natuur' met ons delen?  

Klik dan even door naar deze introductie van "Deel jouw Natuur" voor meer informatie, je bijdrage is welkom!

 

Neem ook eens een kijkje bij de eerdere bijdragen aan deze rubriek, heel inspirerend!

Rubrieken/Deel jouw Natuur

 

Reacties

  1. Bijzonder mooie beelden Erik en een heel fijn informatief verhaal erbij.
    Bijna niet te geloven dat dit in onze eigen Nederlandse wateren allemaal te zien is, echt genieten! Bedankt voor het delen.

  2. Fascinerend wat er onder de waterspiegel allemaal leeft. Prachtige vormen en kleuren laten de sepia's zien; door jou ook schitterend in beeld gebracht.
    Ik vond het een feestje om dit te bekijken.

  3. Wat een boeiend onderwerp geïllustreerd met een prachtige serie foto's. Zoiets krijg je normaal nooit te zien. Ik heb het met interesse gelezen en bekeken. Wat zijn het wonderschone dieren.

Geef een reactie